Tijdens de blok- en examenperiode zaten de beleidsmakers van de UGent niet stil. In dit overzicht overlopen we de grootste nieuwtjes van december tot februari.
Open brief academische boycot van Israël
In een open brief eisten 7000 studenten en academici dat de Belgische universiteiten alle samenwerkingen met Israëlische universiteiten stopzetten, omwille van hun bezorgdheid over "de aanhoudende genocide in Gaza". Bij de ondertekenaars zaten onder andere het kandidaat-rectorduo Herwig Reynaert en Petra De Sutter, klimaatactiviste Greta Thunberg en oorlogsreporter Rudi Vranckx.
De nota bespreekt daarnaast de splitsing van de tweede zittijd
De Vlaamse rectoren, verenigd in de VLIR (Vlaamse Interuniversitaire Raad), kwamen op 29 januari samen om de open brief te bespreken. Uiteindelijk werd beslist om geen nieuwe samenwerkingen aan te gaan met Israëlische partners die betrokken zijn bij ernstige mensenrechtenschendingen. Bestaande samenwerkingen worden dus niet beëindigd, tot het ongenoegen van de ondertekenaars. Hiermee blijven de Vlaamse universiteiten hun huidige beleid voortzetten.
Wijziging van de academische kalender
Vanuit de studentenvertegenwoordigers kwam op 6 december 2024 een intiatief tot bij de Raad van Bestuur dat pleitte voor een herziening van de academische kalender. Het tweede semester zou te zwaar zijn, vakanties zouden niet 'echt' vakantie zijn en studenten zouden te laat feedback krijgen om zich te heroriënteren.
De Onderwijsraad zal nu een nieuwe werkgroep oprichten die dit thema verder bespreekt. Deze werkgroep zal voor de helft uit studenten bestaan. Hierbij grijpen de leden van de werkgroep terug naar de nota van de werkgroep 'Academische Kalender' uit 2017.
Die nota reikt enkele principes aan. Het eerste principe is 'modules', een verwijzing naar het modulensysteem. Hierbij wordt het academiejaar in vier modules opgesplitst, met daarna telkens een examenperiode. Het gebruik van modules zou echter geen verplichting zijn, maar een keuze (per faculteit, per opleiding, per jaar, per vak ...).
De nota bespreekt daarnaast de splitsing van de tweede zittijd. Men bepleit een tweede zitperiode na elk semester. Dit zou studenten meer tijd geven om zich te kunnen heroriënteren.
De nota ijvert er daarnaast voor om een 'echte' vakantieperiode in te voeren, waarin studenten zich niet moeten bezighouden met examens of lessen. Zo zou het academiejaar kunnen starten op 1 september, waardoor de kerstperiode niet meer in de blok valt en dus ook zo'n 'echte' vakantieperiode kan worden.
Om de ongelijke werklast tussen de twee semesters aan te pakken, zou men langere blok- en examenperiodes willen invoeren. Dit wil men bereiken door de inhaalperiode te beperken tot slechts één of twee dagen. De paasvakantie zou daarnaast ingekort worden naar één week, in ruil voor een langere blokperiode in het tweede semester.
Voor alle duidelijkheid: deze zaken staan nog niet vast. Ze vormen wel de leidraad voor een verdere uitwerking van een nieuwe academische kalender. De Raad van Bestuur hoopt om in mei een voorstel te stemmen, zodat de nieuwe kalender in het academiejaar 2026-2027 al kan ingaan.
Afschaffing van de verstrengde regels omtrent de studentenhomes
Afgelopen academiejaar werden de bewoners van de studentenhomes opgeschrikt met het nieuws dat zij hun kot zouden moeten verlaten als ze te lang over hun studies deden.
De beslissing om meer UGent-medewerkers te laten stemmen in de decaansverkiezingen is teruggedraaid
Het voorstel stuitte op veel kritiek, onder meer van het Home Konvent en studentenverenigingen. De Sociale Raad reageerde met een voorstel om de nieuwe regel af te schaffen. Het Bestuurscollege keurde dat voorstel goed, waardoor de UGent de verstrenging van de regels afschaft. Vanaf academiejaar 2025-2026 is deze beperking niet langer van kracht. Goed nieuws voor de bewoners van onder andere Home Boudewijn en Home Fabiola.
Bredere decaansverkiezingen gaan toch niet door
De beslissing om meer UGent-medewerkers te laten stemmen in de decaansverkiezingen is teruggedraaid. Daar zouden de huidige decanen blij om zijn, andere personeelsleden vinden het niet democratisch.
Om de vier jaar wordt voor elke faculteit van de UGent een decaan verkozen. Decanen zijn voorzitters van de faculteitsraden, waar beslist wordt hoe onderwijs en onderzoek per vakgebied georganiseerd moeten worden. In die raad zetelt een selecte groep van de faculteit, waarvan twee derde prof is. Tot vorig jaar koos een faculteitsraad zijn eigen decaan. De decanen bekleden een belangrijke functie en zouden in de komende jaren nog meer betrokken worden bij het dagelijkse bestuur van de universiteit. Er staat geen limiet op het aantal termijnen voor een decaan. Hun macht is dus groot. Daarom maakte de Raad van Bestuur vorig jaar de beslissing om meer medewerkers stemrecht te geven in de verkiezingen. Het was de bedoeling input te krijgen van iedereen die aan de betrokken faculteit werkt. Medewerkers en onderzoekers kregen zo ook een stem.
De Raad van Bestuur organiseerde nu, een jaar later, een nieuwe stemming. Daar werd besloten toch terug te keren naar het oude systeem. In de decaansverkiezingen van 2026 zullen de faculteitsraden dus opnieuw hun voorzitter zelf verkiezen. Dat ervaren sommige medewerkers als een stap achteruit in het beleid van de UGent. Ze voelen zich niet betrokken bij beslissingen over hun eigen werksituatie. Een deel van de proffen en decanen gaan daarmee niet akkoord: ze zetten de proffen in de Raad van Bestuur aan om tegen het nieuwe systeem te stemmen. Volgens hen zou een brede verkiezing eerder peilen naar populariteit dan naar capaciteiten van de kandidaten.
Wil je sneller het laatste UGent-nieuws weten? Check dan zeker onze website.
Reactie toevoegen